De kronieken van liefde, lust en afzien – Suzy – 2

Tureluurster/ maart 5, 2025/ Geen categorie/ 0 commentaren

Ergens in de zomer van 2022 – tijdens de Celeste-periode – liep er een sms’je binnen van Suzy. Zin in koffie? Groot nieuws!
Een kwartier later doken we samen in haar reuzensofa. ‘Vertel,’ zei ik. ‘Lotto gewonnen? Man van je leven ontmoet? Die ambetante trien van op het werk een uppercut gegeven?’
‘Veel beter. Ik ga een boerderij kopen.’
Ze had het al vaker over verhuizen gehad. Ze wilde meer uitzicht, een eigen groentetuin, een boomgaard. Tot nog toe waren die plannen op niets uitgelopen. Deze keer was het anders. Ze had een bod gedaan, en dat was aanvaard.
…IIk had even tijd nodig om het nieuws te laten bezinken. ‘Serieus? Ga je boerin worden? Koeien melken en zo?’
‘Welnee,’ zei ze, ‘het is voor James. Alles komt op zijn naam te staan. Ik pieker er al jaren over hoe het moet als ik er niet meer ben. Hij is een tuinder in hart en nieren. Het is een kleine boerderij met veel grond. Hij gaat daar een pluktuin aanleggen.’
‘Dus, jij blijft hier wonen?’
‘Zie ik eruit als miljonair? Nee, jong, dit huis wordt verkocht om het andere te kunnen betalen. Ik begin een nieuw leven. Het wordt super!’
‘Geeft dat geen problemen met je dochter, dat James alles krijgt?’
Ze lachte. ‘Nee, Yazz zei dat ze met plezier haar erfdeel afstaat als James daarmee geholpen is. Ze is een schat. Altijd geweest.’
Het was lang geleden dat ik haar zo blij had gezien. Ik werd er zelf blij van, al zou ik haar ontzettend missen. Tegelijkertijd vond ik het een riskante onderneming. ’s Avonds had ik het erover met Didier. ‘Alles wordt eigendom van James. Zijzelf heeft niets meer. Hoe graag ik mijn kinderen ook zie, het is iets wat ik nooit zou doen.’
‘Ze heeft er vast grondig over nagedacht,’ zei hij.
 Ik betwijfelde het.

Nog geen maand later nodigde ze me uit om haar nieuwe stek te gaan bezichtigen.
‘Is de verkoop al rond?’ vroeg ik. ‘Snelle notaris.’
‘Nee. De akte is nog niet verleden, maar de eigenaar gaf ons de sleutels al.’
  We reden naar het verre Beernem, en ze gaf me een rondleiding. Ze struikelde over haar woorden van enthousiasme. Een enthousiasme dat ik absoluut niet deelde. Wat zij zag als een paradijs (in wording) was voor mij een verzameling oude koten op een modderige lap grond, te midden van het grote niets. ‘Ik zou hier doodgaan van ellende,’ zei ik.
‘Ik ga hier koninklijk leven! Daar,’ ze wees naar een met onkruid overwoekerd stuk braakland, ‘komt er een tiny house voor mij. Dat wordt mijn kasteeltje. James gaat in de boerderij wonen.’
‘En jij? Waar woon jij tot dat kasteeltje er staat?’
‘Bij hem.’

(wordt vervolgd)

Deel dit bericht

Reageer hier