De kronieken van liefde, lust en afzien – Eva – 14
Ella ging meteen in de aanval. ‘Hey mams, deze meneer stond hier aan de deur. Hij zegt dat jullie verliefd zijn, en daar heb je ons niets over verteld? Hoe durf je!’
… Er kwam een waas voor Eva’s ogen. Mist met gaten. Enrico die zijn nagels zat te kuisen met het knipmes. Enrico die haar hoofd in de wc-pot duwde. En toen – totaal onverwacht – een beeld dat ze niet kon plaatsen (en ergens toch wel): Enrico die haar kleren uittrok en haar dwong om voor hond te spelen. Haar maag ging in vrije val, haar keel liep vol zuur. ‘Van die verliefdheid weet ik niets,’ zei ze met een stem die niet de hare leek. ‘Ik heb hem gewoon een keertje ontmoet in de Vooruit.’
… Ella liet haar ogen rollen. ‘Je liegt, ma. Jullie hebben ook gevreeën? Of liegt hij?’ Het klonk beschuldigend en verontwaardigd. ‘Hij is al drie keer naar het carnaval in Rio geweest, en hij heeft paarden. Paarden! En jij verzwijgt hem voor ons? Dat is een misdaad tegen de mensheid!’
… De bel ging. Wannes.
Tot Eva’s opluchting stond die net zo negatief tegenover het reptiel als zijzelf, al maakte dat niet veel uit. Ella, daar ging het om!
’s Avonds bleef Enrico mee-eten. Hij was het grootste deel van de tijd aan het woord, de zeldzame stiltes die vielen, werden ingevuld door Ella. Eva en Wannes beperkten zich tot luisteren. Na het eten nestelde het reptiel zich in de sofa. ‘Filmpje kijken?’
…‘Ik moet nog strijken,’ zei Eva.
… Ella sprong overeind. ‘Allez, mam, doe niet zo ongezellig.’
… Eva plooide niet, ze stond de hele avond achter de strijkplank, streek zelfs handdoeken en slipjes, wat ze nog nooit had gedaan. Tegen een uur of elf ging het reptiel eindelijk weg. Ze stuurde Wannes naar bed, nam Ella apart. Hoe ze het in godsnaam in haar hoofd haalde een wildvreemde vent in huis te laten? Of ze wel wist wat er kon gebeuren?
… ‘Het was geen vreemde. Jullie hebben iets. Of hadden. Waarschijnlijk wil hij je nu niet meer. Wat is dat toch met jou, mam? Nu valt er eens iemand op jou, en je kijkt hem buiten!’
… ‘Ik vertrouw hem niet,’ zei Eva zo kalm mogelijk. ‘Waag het niet hem een tweede keer binnen te laten, en blijf bij hem uit de buurt. Begrepen?’
Ella verdween mokkend naar boven. Eva ruimde op, en maakte de toer van het huis om de sloten te controleren. In de bijkeuken vond ze een sporttas die ze nooit eerder had gezien. Ze maakte hem open. Hij zat tjokvol kleren. Ze holde de trap op, gooide de deur van Ella’s kamer open. ‘Die zwarte sporttas?’
… ‘So what? Enrico vroeg of hij die hier in bewaring kon laten. Zijn huis wordt geschilderd, en die zak stond in de weg. Niets op tegen, toch?’
… ‘Weet je waar hij woont?’
… ‘In de Verlorenkost. Ik ben altijd welkom, zei hij.’
… ‘Zal wel.’ Ziedend van kolere liep Eva weer naar beneden. Speelde meneer spelletjes? Wel, dat zou ze niet laten gebeuren. Ze zwierde de tas over haar schouder, dropte hem buiten in de afvalcontainer. Pas toen ze de deur van de bijkeuken op slot wilde draaien, merkte ze dat de sleutel verdwenen was.
(wordt vervolgd)
(tekening AI)
Hier word ik wel heel ongemakkelijk van. Hoe houd je zo iemand tegen? Maar goed, het verhaal wordt gelukkig vervolgd.
Je heb een serieuze portie geluk nodig om van zo’n reptiel verlost te geraken. Ik kan ervan meespreken …
Dat begreep ik al… goed dat het is gelukt.