Ierland voor beginners – 10 – een dipje en de ring van Kerry
Vandaag worden we verwacht in Dingle, 140 kilometer verderop, met tussenin een bezoek aan het Blasket Visitor Centre. Bij het ontbijt bestuderen we de kaart en de informatiemap die we kregen van Gallia, en ineens – tussen een hap roerei en een sneetje rozijnenbrood in – voel ik me zo gestrest als een konijn op een autosnelweg. Komt het omdat mijn sjaal niet werkt (de regen gutst alweer tegen het raam, en de radiatoren draaien overuren). Komt het door te weinig slaap? Geen idee. ‘Wat denken ze eigenlijk!!!!!!’ Mijn stem schalt veel te luid door de ontbijtruimte. Aan de tafel naast die van ons kijkt de vader van een tienerdochter verbaasd op.
… ‘Wat is er mis, lief?’
… ‘Wat er mis is?’ Ik weet dat ik moet dimmen, maar het lukt niet-lukt niet- lukt niet. ‘Dat ze daar bij Gallia niet goed wijs zijn, dat is er mis!’ Ik neem een slok koffie, verslik me, val noodgedwongen stil. Tegen dat ik weer adem en stem heb, ben ik min of meer gekalmeerd. ‘Kijk, ze slaan ons hier om de oren met dingen die we ZEKER moeten zien, maar daar krijgen we simpelweg de tijd niet voor. Beara kost een dag, Kerry ook, en ze hadden ons vandaag op excursie moeten laten gaan. Niet gisteren. Om in Dingle te raken, moeten we Muckrock passeren. In het vervolg bereid ik zelf onze reizen voor!’ Voilà, het is van mijn lever. Ik adem diep uit, neem nog een hapje rozijnenbrood.
… Didier klakt met zijn tong. ‘Tja, ALLES willen zien wat er te zien valt, dat is natuurlijk om frustratie vragen, maar het is inderdaad onnozel om dezelfde weg te nemen als gisteren. Ik vind wel een andere.’
… Mijn ogen rollen bijna uit hun kassen. Dit is een moment om te noteren, om te notuleren, om te vereeuwigen, want mijn lief krijgt hoofdpijn van kaartlezen. Toch buigt hij zich over het plan. Tien minuten later stopt hij een briefje in mijn handen. ‘Et voilà, tot Kenmare dezelfde weg, en daarna de ring van Kerry. Dit zouden mooie dorpjes moeten zijn. Pareltjes. Jij ontfermt je over de gps?’
In Kenmare stopt het met regenen. We besluiten even te doen alsof Ierland Frankrijk is. Geen halfduistere pub voor ons. We drinken koffie buiten, op een terras! Dat onze broek aan onze billen gaat plakken, nemen we erbij. Daarna draaien we de ring van Kerry op. Het blijft droog, en vanaf Sneem, klein en schattig, krijgen we zelfs wat sprankels zon. Zou mijn sjaal dan toch magische krachten hebben?
Ergens tussen Caherdaniel en Waterville picknicken we aan de rand van het water. In Portmagee maken we een flinke wandeling. Dan is het tijd om weer te gaan rijden. Voor Didier is het een beetje afzien. Twee auto’s kunnen elkaar nipt passeren (als je geen last hebt van hoogtevrees!), met bussen lukt dat niet, en de ring van Kerry wemelt van de bussen. Om de haverklap droppen die hun lading bij viewpoints. Gelukkig rijden de meesten tegenwijzerzin, terwijl wij met de klok mee rijden. Toch halen we ook zonder file gemiddeld slechts veertig per uur. Als we Dingle binnenrijden, hebben we er meer dan vijf uur auto opzitten.
(wordt vervolgd)