De kronieken van liefde, lust en afzien – Maria – 1

Tureluurster/ november 1, 2023/ Geen categorie/ 0 commentaren

Ik leerde haar kennen in het park van Blauwendael, bij de vijver. Op een herfstdag die smaakte naar zomer. Ik had mijn moeder willen verrassen met een onaangekondigd bezoek, maar de vogel bleek gevlogen.
De vrouw zat op een bankje, en at een ijshoorntje met slagroom. Een witharige dame in een wijnrode plisséjurk en bijpassende enkellaarsjes. Ze tuurde ingespannen naar iets wat ik niet kon zien, iets bij haar voeten, ging verzitten, boog voorover. De slagroom belandde op de grond. Ze leek het niet te merken. Toen ze opkeek, kruisten onze blikken elkaar. ‘Is dit wat ik denk dat het is?’ vroeg ze.
‘Momentje.’ Ik klapte mijn smartphone dicht, en liep naar haar toe. In het gras, net naast de klodder slagroom, lag een gebruikt condoom.
‘Iemands kwakje?’
Ik knikte.
‘Speciaal,’ zei ze. ‘Mijn eerste verpakte kwakje. Een primeur. Ik mag een wens doen.’ Ze sloot haar ogen, haalde diep adem. ‘Dat ik daarvoor zo oud moest worden. Seks in het park. Dat kan niet anders dan overspel zijn. Of homogedoe. Ongelukkige seks dus.’
‘Bent u gelukkig?’
‘Nu wel,’ zei ze.

Ze heette Maria, vertelde ze mij – zoals de helft van de vrouwen uit haar generatie. Haar tong was twintig, haar hart vijfendertig, haar botten waren honderdnegentig. Alles samen zorgde dat voor een gemiddelde van eenentachtig. Vijf jaar eerder, september 2015, had ze haar man laten gaan. Sindsdien was ze fulltime gelukkig.
‘Gescheiden?’
‘Nee, kind, ik heb hem naar boven geholpen.’ Ze wees naar de hemel. Haar grijze ogen kregen een felblauwe schittering. ‘De schoonste dag van mijn leven.’ Ze verkruimelde de rest van haar hoorntje voor de vogels, nam haar handtas – volmaakt assorti met haar laarsjes. ‘Het geheim? Vet doodt!’ Ze gaf me een vriendelijk knikje, liep het pad af.
Haar schaduw ging haar vooraf. In zwart-wit leek ze een heks op een bezemsteel.

Een beetje beduusd keek ik haar na. Had ze nu écht, zonder blikken of blozen, een moord bekend? Of had ze de beademing van haar man laten stopzetten of zoiets? Ik keerde terug naar de Hoogstraat. Intussen was mijn ma thuis. Ik vertelde haar het verhaal in geuren en kleuren. ‘Vanaf nu kom ik elke dag naar hier. Ik wil die vrouw terugzien. Ik moet en zal te weten komen wat er daar gebeurd is.’
‘En verwacht ge nu écht dat ik uw verhaal geloof? Ge hebt geluk dat ons Cécile hier niet is. Ge zoudt nogal een preek krijgen. We zijn hier in Waasmunster, hé? Niet in de Far West.’
‘En hier is het allemaal rozengeur en maneschijn?’
‘Nee,’ zei ze, ‘dat niet, maar we houden onze vuile was binnen.’

(wordt vervolgd)

Deel dit bericht

Reageer hier