Kroniek van een aangekondigd huwelijk – 31
Het was een venijnige tornado. Het soort dat je niet ziet aankomen voor je er middenin zit. Je kan er dus ook niet voor op de vlucht gaan.
… ‘Dit is het niet, hé?’ Ik toonde hem de print van mijn eerste poging.
… ‘Nogal saai,’ zei hij.
… ‘Oersaai. En rommelig. Ik moet meer Griet worden. Die maakt prachtige uitnodigingen. Met tekst in blokjes. Ik zal eens googelen.’
… ‘Zie je dat zitten?’
… ‘Vaneigens. Het is voor onze trouw. Het moet schoon zijn, hé?’
Ik had net mijn eerste blokje in elkaar gehaspeld (nee, geen Griet-niveau) toen hij bij mij aan tafel kwam zitten. ‘Komt goed,’ zei hij, en toen … ‘Ik heb Philippe ook uitgenodigd.’
… ‘Philippe? Welke?’
… ‘De muziekman.’
… ‘Oh ja? Oké.’
… ‘En Erna.’
… ‘Erna?’
… ‘Van Wesemael.’
… Wat!’ Ik voelde direct mijn adrenaline pieken. E.V.W – voor mij ‘het mens’ – stond op de zwarte lijst. Te mijden. Met drie uitroeptekens erachter. Ooit had ze me gevraagd om samen een cursus te geven. Alleen waagde ze het niet, zei ze. Ik begreep dat. Een jongske met meer goede wil dan ervaring kon steun gebruiken. Ik bezorgde haar 20 jaar lesmateriaal, zat ettelijke uren met haar aan tafel te brainstormen, en toen verdween ze. Later kwam ik te weten dat ze die cursus alleen had gegeven, en er behoorlijk aan had verdiend. Ik kon het moeilijk verteren dat zij de vruchten plukte van mijn werk, en toch draaide ik bij, na een toevallige ontmoeting. Erna had iets ontwapenends. Een andere verklaring heb ik niet.
Twee jaar geleden lapte ze mijn lief precies hetzelfde, en dat had ik haar niet vergeven. Van die zwarte lijst kwam ze niet meer af. Zeker weten.
… Normaal gezien ben IK de kalme in gesprekken. Het valt zelden voor dat ik mijn stem verhef. Deze keer daarentegen … ‘Ik wil haar niet op onze trouw,’ zei ik – tien keer luider dan nodig.
… Mijn lief bleef kalm. ‘Vreesde ik voor,’ zei hij, ‘maar zij en ik hebben het bijgelegd via mail. Eigenlijk is het een fijn mens.’
… Ontwapenend, dacht ik, maar dat kreeg ik niet door mijn keel. ‘Over mijn lijk!’ Mijn stem weigerde zich te laten controleren.
… ‘Oké, word dan maar lijk.’
… En daar gingen we weer …
Oh jee, ik krijg nu toch een naar gevoel in mijn buik.
Ik kreeg er zelf ook een heel raar gevoel van, Ingrid